Aurore Roland onderzoekt als psychologe en PhD-student aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB) hoe slapeloosheid beter behandeld kan worden. Daarnaast verdiept ze zich in de mysterieuze wereld van dromen en nachtmerries — een onderwerp waar ze op haar 25ste zelfs een boek over schreef. “Ik dacht eerst dat het een grap was”, aldus Roland.
In 2021 behaalde Roland haar master Klinische Psychologie aan de VUB. Tijdens haar stage in het slaaplaboratorium van een ziekenhuis raakte ze gefascineerd door slaapstoornissen. “Mijn interesse kwam vanuit de psychologie, omdat er een duidelijke link is tussen mentaal welzijn, psychische stoornissen en slapeloosheid,” legt ze uit. Sinds 2022 werkt ze aan een doctoraatsonderzoek naar insomnie, een slaapstoornis waarbij mensen moeite hebben met in slaap vallen, doorslapen of te vroeg wakker worden. Haar project, gefinancierd door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek, richt zich op het verbeteren van cognitieve gedragstherapie voor slapeloosheid, afgestemd op individuele patiënten.
Naast haar onderzoek rondom insomnie heeft Roland ook een passie voor dromen. Ze wil namelijk graag weten of dromen een functie hebben. Die interesse leidde tot een mooi onverwacht project. “Mijn promotor was gevraagd voor een interview over dromen, maar hij zei: “Dan moet je bij Aurore zijn want die weet er veel meer van.” Roland: “Later vroeg iemand van een uitgeverij of ik daar niet een boek over moest schrijven. Ik dacht eerst dat het een grap was, maar het bleek wel echt te zijn.”
“Ik had altijd al het idee dat ik een boek zou willen schrijven, maar dan misschien op mijn vijftigste. Ik had nooit gedacht dat ik het al op mijn vijfentwintigste zou doen”, vertelt ze lachend. Roland is een van de weinige die veel kan vertellen over het onderwerp. “Ik ken niemand in België die onderzoek doet naar dromen”.
Waarom ben je een boek gaan schrijven over dromen?
“Er bestaan nu vooral droomwoordenboeken. In dat soort boeken staat dan uitgelegd: als je droomt over een trap dan betekent het dat. Dat is vaak totaal niet wetenschappelijk onderbouwd. Daarom wilde ik nu iets wetenschappelijks schrijven.”
Waarom vinden wetenschappers het minder interessant?
“Dat is moeilijk uit te leggen. Leken vinden het heel interessant, zij vragen zich bijvoorbeeld af wat dromen betekenen, maar daar houden onderzoekers zich niet echt mee bezig. Het zou kunnen dat wetenschappers hebben geprobeerd om vragen te beantwoorden, maar dat het te moeilijk was om te achterhalen.
“Daarnaast is het publiceren over dromen best moeilijk, zelfs wetenschappelijke tijdschriften over slaap zijn niet zo geïnteresseerd. Ook als je een beurs wil aanvragen voor een onderzoek moet je vaak laten zien dat het maatschappelijke impact heeft en dat is bij dromen meestal niet zo”.
Toch blijven veel onderzoekers het proberen. “In de 19e eeuw deden wetenschappers zonder moderne apparatuur ook al onderzoek naar dromen. Zo vroeg een graaf aan zijn dienaar om parfum op een doek te zetten en dat onder zijn kussen te leggen om zo te kijken of hij zou dromen over de vakantiebestemming die hij associeerde met die geur en dat bleek ook zo te zijn”.
Nachtmerrietherapie
Roland past haar kennis ook praktisch toe door het geven van nachtmerrietherapie. Die therapie geeft ze via het Brussels University Consultation Center. “Tijdens de therapie leg ik eerst uit wat nachtmerries zijn. Vervolgens geef ik relaxatietechnieken mee naar huis. Mensen gaan namelijk vaak met angst naar bed, omdat ze bang zijn voor nachtmerries. Daarna mogen mensen hun nachtmerrie uitschrijven en oplezen. Vaak hebben ze dat nog nooit gedaan, omdat de droom zo eng was. Ten slotte herschrijven ze hun nachtmerrie en moeten ze dat voor 10 tot 15 minuten inbeelden, zodat de hersenen tijdens het dromen kunnen kiezen voor een andere afloop.”
Als je wakker wordt door een nachtmerrie kan je volgens Roland een techniek gebruiken die helpt om rustig te worden. “Merk eerst 5 dingen op die je kunt zien, dan 4 dingen die je kunt horen, 3 dingen die je kunt voelen, 2 dingen die je kunt ruiken en 1 ding dat je kan proeven. Zo kom je met je zintuigen weer terug naar het heden.”