Er wordt in Nederland iedere acht dagen een vrouw om het leven gebracht door allerlei redenen: dit kost jaarlijks bijna 50 vrouwen hun leven. Ongeveer 40 procent van deze moorden worden gepleegd door een (ex)partner. Vrouwenmoord blijkt nog steeds een taboe te zijn in Nederland. Hoe komt het dat we moeite hebben om het beestje bij de naam te noemen en wat drijft mannen om deze gruwelijke daad te begaan?
De term femicide is een ander woord voor vrouwenmoord dat afgelopen jaren veel vaker internationaal gebruikt wordt, en afkomstig is uit Amerika. Femicide wordt nog onvoldoende vermeld wanneer het nieuws refereert naar de moord op vrouwen. Hoewel er geen concrete definitie voor femicide in de Van Dale staat, geeft het Europese Instituut voor Gendergelijkheid (EIGE) geeft femicide een globale betekenis: het omvat meer dan alleen de moord op een vrouw omdat zij vrouw is. Deze definitie is niet alleen gericht op sekse maar ook gericht op moord door partnergeweld, eerwraak en andere redenen.
Taboe of onwetendheid?
Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat bijna 6 op de 10 vermoorde vrouwen is omgekomen door een echtelijke ruzie. In Nederland schijnt de term femicide een taboe te zijn en denkt men hierbij aan de compliceerde misdrijven die voorkomen binnen achtergestelde gemeenschappen of situaties van eerwraak. Zo verteld criminoloog Marieke Liem in Nouveau: ‘’Mensen hebben er allerlei ideeën bij, bijvoorbeeld dat zoiets alleen in ‘asociale’ gezinnen voorkomt. Maar dat bleek niet zo te zijn. Die moorden bleken de meest uiteenlopende achtergronden te hebben en de daders waren geen beestachtige mensen.’’
Ondanks dat femicide als gevolg van huiselijk geweld de meest voorkomende reden is, wordt dit door de Nederlandse autoriteiten niet behandelt als een uniform probleem. In veel gevallen behandelen autoriteiten iedere zaak als een uniek geval, waardoor verbanden lastig gelegd worden. Hierdoor lijkt er geen reden te zijn voor juridische aanpassingen waardoor femicide onderscheiden wordt van moorden die geen persoonlijke verbanden hebben. Liem geeft aan in haar onderzoek dat dit eigenlijk een klassiek voorbeeld is: de vrouw wordt mishandeld door haar man, zij wil weg, dit is iets wat hij niet wil en haar daarom vermoordt.
Internationale cijfers
De hoge cijfers werpen een verontrustend licht op de veiligheid van vrouwen, zelfs binnen hun eigen sociale kringen. Daarentegen, in driekwart van dit soort misdrijven worden mannen vermoord door een vreemde of een andere man. Uit een Amerikaanse analyse van FBI-cijfers blijkt dat in 2018 maar liefst 92% van de gevallen waarin een vrouw werd vermoord, de dader een bekende van het slachtoffer was. In 62% van deze gevallen was de dader de (ex)partner of vriend van het slachtoffer. Nederland scoort aanzienlijk hoog op gebied van femicide: maar liefst elf procent meer dan het Europees gemiddelde.
Uit een onderzoek van de Verenigde Naties blijkt dat meerdere landen de directe link tussen het slachtoffer en de dader niet leggen, en dat het aantal officieel vastgelegde femicides het werkelijke aantal onderschat. In andere Europese landen zoals Spanje heeft de overheid ten gevolge van massaprotesten, fors geïnvesteerd in de manier waarop zaken van vrouwenmoord worden geanalyseerd. Daarentegen is er in Nederland weinig onderzoek gedaan naar de beweegredenen achter femicide. Volgens Liem is het daarom belangrijk om de moord op vrouwen te categoriseren zodat we weten wat wij bestuderen. Huiselijk geweld en geweld binnen relaties is een groot probleem en een factor dat tot de dood kan leiden.
Probleem: benaming?
Carla Grevenitz heeft een traumatraining ontwikkeld bij Shelter City (Maastricht), een organisatie die twee keer in het jaar een mensenrechtenverdediger een plek geeft om weer tot adem te komen. “Dit soort (gewelddadig) gedrag is vaak afkomstig uit vooroordelen, misinformatie, en eerdere ervaringen’’, zegt Grevenitz. Volgens haar is sociale bewustwording nodig om femicide tegen te gaan: “Als we het gedrag van mensen willen veranderen, moeten we starten met het creëren van meer bewustzijn in de maatschappij. Iedereen moeten weten dat dit bestaat en dat dit gebeurt, ook in Nederland, het begint bij het gebruiken van een gangbare benaming.’’
Femicide is een parapluterm die lastig te vertalen is naar beleidsstukken, wetgeving, en onderzoek. Grevenitz is in Australië geboren en is in twee werelddelen opgegroeid, “Wat zou überhaupt het Nederlandse woord voor ‘femicide’ zijn? Het klinkt namelijk niet Nederlands. Wellicht is dit een van de redenen die bijdragen aan het weinig gebruik van de term. Femicide rolt niet zo gemakkelijk van de tong en de Nederlanders zijn niet zo snel geneigd een nieuw woord te bedenken’’.
Door een gendersensitief beleid te ontwikkelen met de juiste taal, wordt het makkelijker om wetten in te voeren voor problemen die vrouwen sneller raken dan mannen. Grevenitz geeft aan dat veel slachtoffers zich ook niet serieus genomen vinden op het moment dat ze aangifte proberen te doen, en hierin seksisme een grote rol speelt. ‘’Aanstellerig gedrag, dat krijgen vrouwen jammer genoeg vaak te horen. Bijna alsof het een gezinsprobleem is wat je intern moet oplossen. Wat velen dan vergeten te realiseren, is dat dit probleem maar één oplossing heeft en dat is door de juiste hulp aan te bieden en juridisch verantwoording af te dwingen’’, aldus Grevenitz.
De complexiteit van de dader
Romana Koster is momenteel projectleider bij Refugee Project Maastricht (RPM) en zij neemt deel aan verschillende activiteiten waar zij geconfronteerd wordt met vrouwelijke vluchtelingen die mannelijk geweld van dichtbij ervaren hebben: “Ik denk dat het lastig is om mannen die seksistisch denken te stoppen door dat enkel en alleen te verwachten. De rol van de media is hier schrijnend in.’’ Volgens Koster moet femicide correct behandeld worden op sociaal gebied: “Het is ook niet per definitie een beleidsprobleem of misdrijf-gericht, het maakt deel uit van het systematische sociale welvaart probleem dat moet worden aangepakt; zowel openbaar als privaat. Volgens haar moet men kijken naar de oorzaken achter femicide: “Het is een maatschappelijk vraagstuk waarbij heel veel komt kijken, waarbij de mens naar zichzelf moet gaan kijken. De motivatie van een man om dit soort misdrijven te plegen doet ertoe”.
Het aantal vastgelegde femicides is door de jaren heen wel afgenomen; zo werden er in 1996 69 vrouwen vermoord gebaseerd op sekse, en in 2021 38. Dit lijkt in eerste instantie positief, alleen komt dit puur doordat vrouwen vroeger minder snel konden scheiden door sociale en religieuze druk. Koster vindt dit alarmerend: ‘’Mensen denken al snel dat dit probleem niet bestaat in Nederland, omdat het volgens hen een progressief beschaafd land is. Vooral in een tijdperk waarin feminisme zo groot is en sociale media centraal staat voor het creëren en verspreiden van sociale bewegingen’’.
Doordat Koster geconfronteerd wordt met verschillende culturen, merkte zij op dat er geen universele oplossing bestaat voor dit probleem: ‘’De beweegredenen verschillen per cultuur, maar ook de manier waarop het wordt uitgevoerd’’. In tegenstelling tot veel culturen waar eerwraak populair is, worden vrouwen in Nederland vaker geconfronteerd met een gebrek aan respect voor grenzen, en controle. Vrouwen trekken volgens Koster zelf niet snel genoeg aan de bel uit angst niet serieus te worden genomen, waardoor het dan vaak al te laat is. Koster sluit hoopvol af: ‘’Nederland heeft nog een lange weg te gaan, maar zolang wij als maatschappij hier een probleem in zien en een oplossing willen, zullen beleidsmakers geen andere keus hebben dan hier een vergrootglas op te zetten’’.