etalage
‘Schurft-pingpong onder studenten heeft niks te maken met hygiëne’
27 - 05 - 2022
Alexander Duivenvoorden
Pre-master Journalistiek & Nieuwe Media

De schurftmijt. Een parasiet die je met het blote oog niet ziet, die tunneltjes graaft en eitjes legt onder je huid waar je kriebels van krijgt. In de Nederlandse huid lijkt de schurftmijt zich meer thuis te voelen; het aantal schurftgevallen steeg sinds oktober 2021 explosief. Veel mensen vinden dat een vieze gedachte. “Maar van iets dat vies of niet hygiënisch is, krijg je echt geen schurft”, vertelt  Ymkje Stienstra.

Hoogleraar Ymkje Stienstra (45) houdt zich in het UMCG onder meer bezig met tropische geneeskunde en infectieziekten. Neglected Tropical Diseases (NTD) spelen daarin een hoofdrol. Dit zijn twintig ziektes die samenkomen op een lijst van de World Health Organization (WHO).

“Ze komen veel voor en hebben daardoor een grote wereldwijde impact”, licht ze toe. “Het zijn allemaal kwalen die vaker voorkomen in lage-inkomenslanden, en daar hebben diezelfde ziektes veel meer gevolgen.” Schurft is één van de subcategorieën op de NTD-lijst waar Stienstra zich mee bezighoudt. In Nederland danken we de schurftgolf volgens Stienstra misschien wel aan de coronapandemie: “We konden het huis niet uit en zaten veel vaker dicht op elkaar. Dat is een risicofactor.”

Steeds meer mijten
Wereldwijd zijn er volgens de WHO zo’n 200 miljoen mensen met schurft besmet. Tropische gebieden waar mensen door armoede vaker met meer mensen dicht op elkaar wonen, vormen het ideale klimaat waarin de schurftmijt zich blijft verspreiden. “In het noorden van Ghana zijn er dorpen waar vijftig tot zeventig procent van de mensen schurft heeft”, licht ze toe. “Dat is natuurlijk totaal iets anders dan wat wij ‘in opmars’ noemen in Nederland. De toegang tot zorg is daarnaast ook verschillend, waardoor je het niet met elkaar kan vergelijken.”

De Volkskrant schrijft eind maart ook een artikel over het stijgende aantal schurftgevallen dat het Nederlandse Instituut van de Gezondheidszorg (NIVEL) vaststelde. Boven het artikel verschijnt een kop die de hygiënische discipline in verband brengt met de verspreiding van schurft. Dat is jammer als je het aan Stienstra vraagt. “Je moet de twee niet door elkaar halen. Als er geen schurft is in een studentenhuis, kan het er nog zo ranzig zijn. Door viezigheid ontstaat schurft niet. Maar gemeenschappelijke ruimtes en veel verschillende mensen die samen in één huis wonen, maken het moeilijker om alle poetsinstructies uit te voeren die nodig zijn bij de schurftbehandeling”, legt Stienstra uit.

Schurftstigma
“Stel: iemand krijgt daar schurft en laat zich bij de huisarts behandelen. Hij wast netjes al zijn kleren en volgt de maatregelen op, maar slaat gezamenlijke ruimtes over omdat hij bang is dat anderen schurft iets ‘vies’ vinden. Of niet alle huisgenoten laten zich behandelen. Dan krijg je als het ware een schurft-pingpong in dat huis.” Studenten lopen volgens Stienstra daarnaast een hoger risico omdat ze op hun leeftijd met veel verschillende mensen omgaan. Het stigma dat op schurft ligt is daarmee een belemmering voor mensen om zich snel te laten behandelen. Krantenkoppen en berichten zoals die van De Volkskrant die de link tussen hygiëne en schurft leggen, kunnen volgens de hoogleraar onbedoeld bijdragen aan dat stigma.

ymkje stienstra vierkant kopie
Hoogleraar Ymkje Stienstra

“Het is heus niet gek dat mensen schurft ‘vies’ vinden. Maar daarbij gaat het denk ik meer om het idee dat je een parasiet onder je huid hebt. Het heeft niks te maken met hygiëne”, licht Stienstra toe. “Het helpt echt niet om drie keer per dag te douchen in een poging geen schurft te krijgen.” Voorkomen dat je de mijt krijgt is dan ook eigenlijk geen optie. “Je kan het voorkomen door geen andere mensen meer te zien. Dan moet je in zelfisolatie, maar dat lijkt me niet helemaal de bedoeling. Dan kan je beter een grondige behandeling doen.”

27 - 05 - 2022 |
Alexander Duivenvoorden
Pre-master Journalistiek & Nieuwe Media