achtergrondartikel
De nasleep van kindersekstoerisme

Het kind is dertien en groeit op in armoede. Een pooier zet het kind naakt voor de camera neer, met de belofte dat hij zo zijn familie kan voeden. Daarna mag hij niet meer naar huis. Het misbruik herhaalt zich meerdere keren per dagen om de behoefte van een kindermisbruiker te bevredigen, niet alleen voor de camera.

Jaarlijks bevrijden speciale politie-eenheden honderden kinderen uit de klauwen van pooiers die hen blootstellen aan kindersekstoerisme. Vaak in samenwerking met kinderrechtenorganisaties. De politie vervoert de kinderen met een busje naar een veilige plek, bijvoorbeeld een safe house. “Als je ze eerst naar huis brengt, kan dat het hele gezin verstoren en daarbij de welzijn van het kind. Aan de andere kant zijn er heel veel veiligheidsrisico’s voor het slachtoffer. Zo’n pooier werkt vaak niet alleen, daar zit soms ook een criminele groep achter,” vertelt Hilde Neels, technisch adviseur bij Terre Des Hommes. Maar wat gebeurt als ze aankomen op een veilige locatie?

Hulp op maat
“Op dat moment moet je kijken naar wat dat individuele kind precies nodig heeft. Dat ligt heel erg aan de uitbuitingssituatie,” legt Neels uit. Vaak wordt er eerst gekeken naar de fysieke gevolgen van seksuele uitbuiting. Van seksueel overdraagbare aandoeningen, kneuzingen tot een ongewenste zwangerschap. Het eerste obstakel ligt bij het herhaald vertellen van hun verhaal als slachtoffer van seksuele uitbuiting. Aan de sociaal werker, de arts, de verpleegkundige en daarna nog eens aan een politieagent.

Terre Des Hommes traint verpleegkundigen, artsen en politieagenten in hoe zij om moeten gaan met getraumatiseerde, jonge slachtoffers. Om verdere traumatisering te voorkomen zou het ideaal zijn om het contact met politie en justitie en de fysieke en psychologische zorg op één plek onder te brengen. Dan hoeft een kind maar een keer zijn verhaal te vertellen. Een systeem dat in Nederland al wordt gehanteerd bij slachtoffers van seksueel geweld.

Het psychologische effect van misbruik is monsterlijk, met mogelijke levenslange gevolgen. “Er is een heel scala aan problemen die je ziet bij kinderen die seksueel misbruikt zijn. Op korte termijn zijn kinderen heel angstig met een slecht zelfbeeld. Ze hebben een heel verkeerd begrip van wat een seksuele relatie betekent. Op langere termijn zien we dat het in heel veel mentale problemen kan ontaarden. Of dat nu een depressie is, een angststoornis of sociale stoornissen,” omschrijft Neels de gevolgen die zij tegenkomt.

Onderschat luxeprobleem
Janna Teeuwen, casemanager bij het landelijke Centrum Seksueel Geweld, legt de traumatische lasten die slachtoffers van seksueel geweld ondergaan uit aan de hand van een checklist. De psychologische symptomen op het lijstje zijn vergelijkbaar met posttraumatische stressstoornis. “Maar wat specifiek dan nog extra is voor seksueel misbruik, is dat we ook ingaan op de schuld- en schaamtegevoelens die deze slachtoffers vaak hebben.”

“Was ik er maar niet naartoe gegaan,” of ,“had ik dit toch maar gedaan”. Het gevoel van schuld speelt een grote rol. Slachtoffers schrijven zichzelf een schuldige rol toe in hun eigen leed. Professionele hulp bij psychotrauma is daarom ook essentieel. Een luxe die veel kind-slachtoffers van seksuele uitbuiting in ontwikkelingslanden niet meemaken.

De meeste ontwikkelingslanden laten het afweten bij het bieden van goede psychologische zorg. Ondanks hun verplichting volgens het internationale kinderrechtenverdrag. Deze verplichting licht Neels herhaaldelijk toe: “Wij als volwassenen hebben een taak naar kinderen toe. Wij moeten hen veilig houden, gezond houden, onderwijs bieden en vrije tijd. Dat is onze verantwoordelijkheid. Die van overheden, van ouders en van scholen naar een kind toe.”

Schending van rechten
De Filipijnse overheid is een voorbeeld van het schenden van de zorgverplichting aan kinderen. Dat ondervindt Neels in een onderzoek naar de situatie in de Filipijnen. “Tientallen opvangcentra van de (Filipijnse) overheid zijn voor slachtoffers van mensenhandel en misbruik, en duizenden kindslachtoffers van seksuele uitbuiting. In vijf opvangcentra rondom de hoofdstad, waar veel van het misbruik plaatsvindt, is er geen enkele gecertificeerde psycholoog als medewerker aangenomen. In het hele land zijn er maar een handvol gecertificeerde psychologen. Dan kan je zelf inschatten wat het niveau van de psychologische hulp is.”

Nadat een kind twee weken heeft doorgebracht in een safe house, bekijkt een maatschappelijk werker de meest verantwoordelijke nieuwe stap. Bijvoorbeeld langer verblijven in een opvang om verder te herstellen of terugkeren naar eigen familie. Neels: “Er wordt heel erg gekeken wat ervoor nodig is om het kind weer op te nemen. Bijvoorbeeld of ze genoeg inkomen hebben en veiligheid kunnen bieden. Het is onwijs intensief, zo’n traject. Als je een jaar lang met een gezin blijft werken aan die componenten, dan vergroot dat de kans dat een kind veilig blijft.”

Toch biedt hulp van kinderrechtenorganisaties en professionals niet altijd genoeg garantie om uit de klauwen van pooiers te blijven. Cultuur is een belangrijke en vaak vergeten factor vanuit het oog van de westerse samenleving. Neels geeft een voorbeeld van deze cultuurkloof: “We hadden met een hoteleigenaar een betaalde stage geregeld, waardoor slachtoffers een inkomen kregen. Iets om via een goede route te bouwen aan hun toekomst. Tot hun ouders besloten dat hun vorig werk veel beter leek voor het gezin, want dan verdiende ze meer. In de Filipijnse cultuur doe je dan wat je ouders zeggen.’’

Slachtoffer of survivor
Tijdens het lange traject van re-integratie leren kinderen te schakelen tussen hun trauma en de realiteit. De buitenwereld onderschat de enorme bagage die een slachtoffer meedraagt. “Soms is inderdaad de radar een beetje kapot. Ze kunnen niet goed aanvoelen wat grenzen zijn, en wat hun persoonlijke grenzen zijn,” legt Teeuwen uit. Goede begeleiding verkleint de kans op revictimisatie, opnieuw ten prooi vallen aan misbruik. Zij leren onder andere hoe ze aan hun toekomst kunnen bouwen en hoe je nieuwe relaties aangaat.

De maatschappij labelt een slachtoffer al snel als een hulpbehoevend bang grijs muisje. In de praktijk blijkt dit net zo waar als ieder ander stereotype. Deze kinderen overleven een keiharde realiteit en ontwikkelen daarbij ook een keihard masker om te overleven. Sommige gebruiken hun ervaring om tegen kindersekstoerisme te strijden door zich in te zetten voor activisme. Andere sluiten het hoofdstuk juist af, kijken niet meer om en willen dan verder met hun leven. Iets waar ze het over het algemeen niet mee eens lijken te zijn is het slachtofferlabel, daar stappen de meesten vanaf. Neels: “Als ze het gevoel hebben dat ze hun trauma verwerkt hebben, dan noemen sommige zichzelf liever een survivor. Ze hebben dan het gevoel dat ze hun eigen leven weer terug hebben.”

Foto: Sasin Tipchai, Pixabay

17 - 05 - 2020 |
Daily van Dijk