achtergrondartikel
Zorgrobots: mechanische handen aan het bed

Volgens het CBS zal in 2025 in grote delen van ons land een kwart van de bevolking ouder zijn dan vijfenzestig jaar. Ook worden we steeds ouder: de helft van de in 2013 geboren meisjes zal haar honderste verjaardag kunnen vieren. Al deze toekomstige ouderen moeten verschoond en verpleegd worden, maar door wie? Tenzij er een tweede babyboom plaatsvindt, dreigt een tekort aan verzorgend personeel. De techniek biedt een oplossing: de zorgrobot. Maar niet iedereen is er blij mee.

In Huize Elisabeth te Vught zit een bewoonster achter haar bord soep. “Eet smakelijk mevrouw Smetsers”, klinkt de blikkerige stem van Zora, de zorgrobot. Mevrouw Smetsers kijkt op. “Dankjewel, Zora. Leuk dat je hier tegenover me zit. Ik zit hier alle dagen maar alleen aan tafel. Vind je het ook leuk hier?” “Ja”, antwoordt de plastieken stem. “Wat eet u?” “Gebonden champignonsoep”, antwoordt mevrouw Smetsers, zonder blikken of blozen.

Deze huiselijke scène, afkomstig uit het EO-programma Dit is de dag van 23 september 2014, illustreert hoe soepel het contact tussen mens en robot kan verlopen. Hier moet echter wel een kanttekening bij geplaatst worden. Waar de documentaire de indruk geeft dat Zora uit zichzelf praat, zit er in feite nog steeds een medewerker aan de knoppen. Zora wordt bediend via een tablet: een verzorger typt haar antwoorden in. Ook andere activiteiten die met Zora, zoals de gymnastiekles, staan onder toezicht. “Er is altijd iemand bij. Of het nu geheugenspelletjes zijn of als ze door het huis wandelt, Zora moet aangestuurd worden door een mens,” aldus Reggie van den Brand, directiesecretaresse van Huize Elisabeth. “Ze zal dan ook nooit een personeelslid vervangen. Het mooie van het sociale gedeelte is juist dat bewoners aan Zora meer vertellen dan aan het personeel. De ouderen vinden het ook interessant, zo krijgen ze iets mee van de technologische ontwikkelingen die op dit moment spelen.”

Beduveld

De volledig autonome zorgrobot wordt in Nederland nog niet gebruikt. Maar wellicht dat in de toekomst robots wel in staat zouden zijn om uit zichzelf gesprekken te voeren. Van den Brand: “Ik vraag me af of dat zelf praten een goede ontwikkeling zou zijn. Praten heeft te maken met emotie, en dat hebben robots niet.”

Van den Brand is niet de enige die terughoudend is. Jeroen van den Oever, bestuursvoorzitter bij welzijnsorganisatie Fundis: “Ik begrijp dat ambitieuze onderzoekers vereenzaming bij ouderen proberen tegen te gaan door zorgrobots, maar ik vind dat het onze morele plicht is als samenleving om deze ouderen bij te staan. Menselijk contact kun je eenvoudigweg niet afkopen met wat elektriciteit.”

Ja, als puntje bij paaltje komt willen we natuurlijk allemaal liever een aardige broeder of zuster van vlees en bloed aan ons bed. Daar komt bij dat de samenleving niet zonder meer haar handen af zou moeten trekken van de ouderen waar ze groot mee is geworden. Maar ondertussen wordt de groep ouderen steeds groter. En demente ouderen leven op door een robotje als Zora. Dat is toch juist goed ?

Van den Oever: “Ja, maar in feite worden die ouderen gewoon beduveld. Het leven krijgt en houdt betekenis door contact met andere mensen, ook als je ziek bent. Natuurlijk kan een robot ook goed ondersteunend zijn, bijvoorbeeld in de keuken of bij het schoonmaken. Op die manier heeft verplegend personeel ook meer tijd voor verzorgen en aandacht geven aan cliënten. Mensen met een fysieke beperking hebben er ook zeker baat bij, omdat zij door inzet van robots zelfstandiger kunnen opereren. Maar zorg aan het lichaam, of contact tussen mensen, kun je niet vervangen door een stukje ijzer. Dat is onverantwoord.”

Zorgrobots en sociale robots

Van daadwerkelijk vervangen van menselijk contact is bij Zora geen sprake. Er is immers altijd een medeweker van het tehuis nodig om een gesprek mogelijk te maken. Er zijn bestaan echter al zorgrobots (bijvoorbeeld de humanoïde optilrobot RI-MAN of de eetrobot My Spoon) die autonoom bewegen. Dit zijn, volgens filosofe Aimee van Wynsberghe, echte zorgrobots. Van Wynsberghe is onderzoeker van techniekfilosofie aan de Universiteit Twente. In haar proefschrift maakt ze een onderscheid tussen zorgrobots en sociale robots. De relatie tussen zorgrobot en cliënt zou van therapeutische aard zijn. Dat wil zeggen, de cliënt is afhankelijk van de robot en de behoefte van de cliënt staat centraal. In die zin is Zora dus geen zorgrobot, maar een sociale robot, met als doel mensen gezelschap houden.

Zorgrobots hebben andere taken, zoals mensen optillen of ze voedsel toedienen. Cliënten optillen is – afhankelijk van hun postuur – erg arbeidsintensief. Zou het niet prachtig zijn als dit overgenomen kan worden door robots? Van Wynsberghe: “Robots zouden zeker in staat zijn om je op te tillen. Dat is het punt niet. Het gaat erom dat er ook een vertrouwensband moet zijn tussen degene die tilt en degene die opgetild wordt. De optilrobots die op dit moment bestaan, kunnen die band nog niet creëeren. Dat is een ethisch probleem.”

Wat betreft voedsel toedienen is Van Wynsberghe ook kritisch. “Het hangt ervan af: moet de cliënt écht alleen gevoed worden, of moet er ook op deze persoon worden gelet als zij of hij eet? In het laatste geval raad ik het af om robots in te zetten. Robots zijn niet empatisch. Ze zijn niet in staat om dingen te zien die wel belangrijk zijn, zoals opletten wat en hoeveel iemand eet.”

Attent

Dit zijn zwaarwegende punten van kritiek, maar toch: we kunnen er niet onderuit. Als Nederland in de toekomst echt zoveel bejaarden zal tellen als voorspeld, moet er iets veranderen aan de manier waarop zorg wordt verleend. Dat  betekent niet dat we te pas en te onpas kunnen  experimenteren met nieuwe technologie. Of, zoals Van Wynsberghe stelt: “Als een zorgrobot volledig of deels een menselijke verzorger vervangt, moeten we de robot ook naar menselijke maatstaven beoordelen. Ontwerpers moeten eerst bedenken welke eigenschappen een mens een goede verzorger maken, zodat ze deze kunnen overbrengen op de robot. Daar zit ook het probleem. Je kunt stellen dat iemand een goede verzorger is als hij of zij attent is en weet wat je persoonlijke behoeften zijn. Dit kun je ondervangen door gezichtsherkenning in te bouwen bij een robot. Een robot met een sociale functie heeft hier baat bij, maar een robot die operaties uitvoert heeft dit niet nodig. Zolang we nog niet kunnen bepalen welke eigenschappen gewenst zijn in welke context, moeten we voorzichtig zijn.”

08 - 05 - 2015 |
Monica Preller