achtergrondartikel
Rechtspraak: met lege handen door overspel

Meer dan een halve eeuw geleden moest een overspelige echtgenoot rekening houden met zes maanden celstraf. Ook was overspel een van de weinige legitieme redenen om te kunnen scheiden. De seksuele revolutie zorgde voor een ander beeld van seksualiteit en vrouwen werden economisch onafhankelijk. De wet volgt die nieuwe seksuele moraal: overspel is niet meer strafbaar. Toch kan het ook in 2015 nog indirect juridische consequenties hebben. Is dat nog wel van deze tijd?

Een man en een vrouw waren 27 jaar samen en hebben drie kinderen. De vrouw hield er echter een tweede relatie op na, met haar motorrijleraar. Toen haar overspel voor het eerst aan het licht kwam, zorgde dat voor veel problemen tussen het stel. De man was ontdaan door de ontdekking, maar toch tekenden beiden iets later een samenlevingsovereenkomst. Zij hadden afgesproken er “weer helemaal voor te gaan.” Op dat moment wist de man niet dat de vrouw haar relatie met de motorrijleraar had hervat. Hij deed daarom een beroep op dwaling: als hij had geweten dat deze relatie nog steeds speelde, had hij het contract niet getekend.

Het Gerechtshof gaf hem gelijk en vernietigde de samenlevingsovereenkomst. En op 21 februari 2014 bevestigde de Hoge Raad, de hoogste rechter van Nederland, die uitspraak. Hierdoor vervlogen de financiële aanspraken van de vrouw. Door haar overspel en het verzwijgen daarvan staat zij nu met lege handen. De seksuele moraal die overspel verbiedt is dus nog niet helemaal uit onze rechtspraak verdwenen.

Hoogstpersoonlijke zaak

Een kwalijke zaak, vindt Lieke Coenraad. Coenraad is raadsheer-plaatsvervanger bij het Gerechtshof in Amsterdam en hoogleraar Privaatrecht, in het bijzonder Conflictoplossing aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Volgens haar behoort zoiets hoogstpersoonlijks als overspel niet tot het domein van het recht: “Overspel is niet juridisch gesanctioneerd in de wet, dus waarom zou dat voor de vrouw indirect nu wel juridische gevolgen hebben? Het is nu zo dat overspel noch strafbaar, noch een grond voor scheiding is.”

Ruggenmergtering

Sinds 1971 behoort overspel niet meer tot het domein van het Nederlands recht, maar voor die tijd golden andere normen en waarden. Deze ontwikkelingen hebben hun sporen nagelaten in de wetgeving.

Volgens socioloog Cas Wouters leefden wij tot ongeveer 1880 in een periode van deseksualisering. Wouters heeft zich verdiept in de ontwikkeling van de seksualiteit en hofmakerij de afgelopen eeuw. Met deseksualisering bedoelt hij het inperken van de seksuele vrijheid van mensen door geschreven en ongeschreven regels: “Het stellen van meer regels, verboden en geboden, het angst aanjagen met ruggenmergtering door masturberen en allerlei andere vormen van bangmakerij… Mensen wisten ook bijna niks.”

Rond 1880 bestond de samenleving uit verschillende sociale klassen die weinig contact hadden met elkaar. Het leven op stand was een wereld apart. Wouters: “De ouders in de hogere kringen waren in staat om de kinderen te chaperonneren, waar ze ook kwamen. Dan zagen ze toe op alles wat er gebeurde met hun dochters. Dit gebeurde op het podium met toeschouwers en familie. Er was een enorme controle.”

Danswoede

Eind negentiende eeuw veranderde de houding tegenover seks, lust en alles wat daarmee samenhangt. De periode van deseksualisering ging langzaam over in een periode van seksualisering. Dat wil niet zeggen dat die ‘second love’ voor deze seksuele revolutie niet bestond. Nee. Overspel is iets van alle tijden, meent Wouters. Alleen onze kijk op seksualiteit is de afgelopen eeuw veranderd.

De geformaliseerde maatschappij werd steeds informeler. Naast de hogere klassen, de elite, ontstond er een middenklasse en een lagere klasse. Wouters: “Die groepen werden groter en daardoor breidde zich ook een andere manier van leven uit.” De elite bepaalde de regels, maar haar macht werd steeds kleiner. De wetgever verloor stukje bij beetje zijn greep op de samenleving. Wouters illustreert dit aan de hand van het ‘Dansvraagstuk’. In heel Nederland heerste in de jaren twintig een ‘danswoede’. Autoriteiten door heel het land bogen zich over deze ongewenste rage: wat moesten ze doen aan die zucht naar seksueel getint dansen? Wouters: “In Delft verkondigde de overheid trots, bij het onderzoek naar het rapport van de regeringscommissie inzake het Dansvraagstuk: ‘In Delft weet de overheid precies waar, wanneer en door wie er gedanst wordt.’”

Ook over de rol van de vrouw bestonden ongeschreven regels. Seks beperkte zich tot het huwelijk en overspel kwam al helemaal niet aan de orde. Voor de seksuele revolutie moesten vrouwen ‘ingewijd worden in de seksualiteit’, door mannen. Wouters: “Een gevolg van de deseksualisering was dat vrouwen als niet-seksueel werden gezien. Een vrouw die niet goed is ingewijd in de seksualiteit loopt het risico dat ze haar leven lang frigide blijft. Voor de vrouw was er liefde. De seks was voor hem. Haar plicht en zijn recht.”

De seksuele revolutie zorgde voor een omslag in dat denken. Het breekpunt lag in de roerige jaren ’60. De vanzelfsprekende ondergeschiktheid van vrouwen maakte plaats voor gelijkere seksuele verhoudingen tussen mannen en vrouwen. Ook kwam er een andere kijk op het huwelijk en relaties. Wouters: “Als de autoriteiten machtig genoeg waren geweest, hadden ze de anticonceptiepil verboden, net zoals ze dat bij condooms deden. Dat verbieden werd alleen steeds moeilijker.”

De grote leugen

De controle en regels van voor de seksuele revolutie waren voor het grootste deel hypocrisie geworden: wie gedroeg zich hier nou naar?! Mensen lapten de geschreven en ongeschreven regels aan hun laars. Ook jongeren ontsnapten steeds meer aan de autoriteit van hun ouders. Voor 1970 bijvoorbeeld. Toen moesten paren die wilden trouwen en jonger waren dan dertig, toestemming vragen aan hun ouders. Kregen zij die niet? Dan reisde het stel naar het dorpje Gretna Green in Schotland. Hier konden zij trouwen zonder die toestemming. Wouters: “Naar het buitenland gaan om te trouwen is een ondermijning van het ouderlijk gezag. Om tegen de ouders te zeggen: ‘Doei! Ik doe lekker niet wat jullie zeggen.’”

Ook scheiden was in die tijd taboe. Mensen moesten bij elkaar blijven, voor altijd. Dit brengt het verhaal weer bij de rechtspraak, want er was een uitweg voor stellen die het huwelijk in onderling overleg ongedaan wilden maken: de grote leugen. Een leugentje om bestwil. Coenraad: “Dit houdt in dat een van beiden erkent overspel te hebben gepleegd, ook al is hier in werkelijkheid helemaal geen sprake van. Dan doet het stel alsof er overspel is gepleegd om maar aan die grond voor scheiding te voldoen. Dat maakte de weg vrij voor al die mensen die niet voldeden aan een van de zware scheidingsgronden, maar het er wel over eens waren dat zij wilden scheiden. Er was hierbij in werkelijkheid helemaal geen sprake van schuld, maar mensen wilden gewoon van elkaar af: om wat voor reden dan ook.”

Foto: John Morton, Flickr. (CC BY 2.0)

Wangedrag

Het recht volgt de ontwikkelingen in de samenleving en het conservatieve familierecht maakte in 1971 plaats voor een liberaler familierecht. Overspel verdween als grond voor echtscheiding uit het Burgerlijk Wetboek en de strafbaarheid van overspel verdween uit het Wetboek van Strafrecht. Anno 2015 kan overspel alleen nog indirect juridische consequenties hebben. Wat houdt dat precies in? Coenraad: “Ik zie dit op twee manieren terug, namelijk bij wangedrag en partneralimentatie en ook bij de uitspraak die de Hoge Raad recentelijk heeft gedaan. In geval van wangedrag kan het recht op partneralimentatie doorbroken worden. In het tweede geval hebben het overspel van de vrouw en het verzwijgen daarvan er indirect toe geleid dat de samenlevingsovereenkomst tussen haar en haar man is vernietigd. Hierdoor staat zij met lege handen, terwijl zij 27 jaar hoofdzakelijk voor hun drie kinderen heeft gezorgd. Dat vind ik niet kunnen. Er is toch solidariteit tussen die twee mensen ontstaan in die tijd dat ze samen waren.”

De uitspraak van de Hoge Raad triggert volgens Coenraad nog een andere discussie: die over de economische onzelfstandigheid van vrouwen. Vrouwen die financieel afhankelijk zijn van hun man blijven dit na de scheiding nog steeds. Mannen daarentegen staan financieel vaak sterker. Volgens Coenraad is de positie van financieel afhankelijke vrouwen kwetsbaarder geworden door de uitspraak. Door hun overspel en het al dan niet verzwijgen daarvan, kunnen zij hun rechten tegenover hun ex-partner verspelen.

Is dat nog steeds de nasleep van die verouderde seksuele moraal? Wouters denkt van wel, al gaat het in Nederland steeds meer in de richting van gelijkere verdeling van werk en zorg. Wouters: “Ik draai de situatie nu om en zeg dat die man een onweerstaanbare aantrekkingskracht tot de motorrijlerares voelt en zijn alimentatie misloopt. Dat is een rare gedachte. Het is niet raar dat hij zijn alimentatie misloopt, maar dat hij überhaupt alimentatie krijgt is een rare gedachte. Het heeft ook heel lang geduurd voordat de eeuwigdurende alimentatieplicht verdween. Dat is een lange strijd geweest. Als je de kinderen samen wilt opvoeden, dan moet je elkaar de mogelijkheid geven om dat te doen. Dat de financiële consequentie vroeger zo eenzijdig bij de man lag, is een uitvloeisel van de autoritaire fase, waarin alleen hij de kost verdiende en het voor het zeggen had.”

15 - 05 - 2015 |
Joline Cramer