carrousel
Beloven prestatiebonus leidt niet bij iedereen tot beter presteren

Waar sommige mensen beter gaan presteren met een vette bonus in het vooruitzicht, daar gaan anderen juist slechter presteren. Hoe zit dat? Hersenwetenschapper Esther Aarts zocht het uit en ontdekte als eerste dat de hoeveelheid dopamine in de hersenen van invloed is op de effectiviteit van een prestatiebonus. De resultaten van het onderzoek verschenen op 13 februari in het tijdschrift Psychological Science.

Dopamine is een stofje in de hersenen dat maakt dat mensen naar dingen verlangen. Al bij de geboorte is het aanwezig. Het stofje wordt voornamelijk aangemaakt in het striatum, een regio diep in ons brein. De belofte van een bonus zorgt voor een sterke toename van dit motivatiestofje in dit specifieke deel van onze hersenen.

Overdosis

Dit motivatiestofje zorgt er normaal gesproken voor dat mensen zich goed kunnen concentreren. Wel is het zo dat niet iedereen van nature evenveel dopamine aanmaakt. Bij mensen met een laag standaardniveau dopamine zorgt de belofte van een bonus voor een extra stoot dopamine. Zij gaan vervolgens beter presteren. Maar bij mensen met een standaard hoog niveau dopamine is die extra dopamine juist nadelig. “Bij standaard veel dopamine leidt een beloofde bonus juist tot een overdosis dopamine”, aldus Aarts.

Energiedrankjes

Je zou het kunnen vergelijken met het overmatig drinken van energiedrankjes. Bij een normale hoeveelheid zou je er extra energie van moeten krijgen, maar van overmatig gebruik word je juist loom en vermindert je concentratie. Een overdosis van de motivatiestof heeft tot gevolg dat mensen zich minder goed kunnen concentreren. Hun prestatieniveau daalt.

Effectiever

Met deze kennis kunnen bonussen effectiever worden ingezet, bijvoorbeeld in de bankensector. Wanneer de baas op de hoogte zou zijn over het gehalte dopamine in de hersenen van zijn werknemers, zou hij beter kunnen inschatten bij wie een prestatiebonus gunstig zou kunnen werken en bij wie juist niet. Daarbij is het wel van belang dat je dan op een snelle en eenvoudige manier de hoeveelheid van het motivatiestofje in de hersenen zou kunnen meten. Aarts, verbonden aan het Nijmeegse Donders Institute for Brain, Cognition and Behaviour, hoopt in haar vervolgonderzoek een methode te vinden waarbij via vragenlijsten het dopamineniveau bij mensen kan worden vastgesteld. Dan is het niet langer nodig om een dure PET-scanner te gebruiken.

21 - 02 - 2014 |
Thijmen Tiersma