carrousel
Konijn met wortel laat kleuters gezond eten

Overgewicht vormt een steeds groter probleem, ook onder kleuters. Voor promovenda Simone de Droog (UvA) des te meer reden te onderzoeken wat kleuters aanzet tot gezond eten. Ze onderzocht daarvoor technieken die de reclamewereld gebruikt op verpakkingen, maar ook welke middelen thuis gebruikt kunnen worden – zoals prentenboeken – om groente en fruit aantrekkelijker te maken voor kleuters.

Waarom eten kleuters sneller iets door wat er op de verpakking staat?
“Kleuters zijn bekend met characters, zoals Dora of Spongebob, die op verpakkingen staan. Ze hebben daar een band mee, wat direct positieve gevoelens oproept. Het probleem is echter dat bekende characters vaak op snoep- en koekverpakkingen staan, dus heb ik onderzocht hoe je characters ook kan inzetten bij een gezonde snack. Wat bleek, een aap afgebeeld op een banaan riep ook positieve gevoelens op, omdat dit een bekend concept is voor kleuters. Het is vergelijkbaar met volwassenen. Wij accepteren ook sneller een reclame waarin een huisvrouw een huishoudproduct promoot of juist een sporter een sportdrankje.”

Hoe heb je dat onderzocht?
“Nadat ik had gekeken naar characters op verpakkingen, vroeg ik mezelf af: is dit ook een voorwaarde voor prentenboeken? Ik heb toen twee boeken vergeleken. Eén met een konijn en een wortel en één met een schildpad en een wortel. Vervolgens zijn beide boekjes voorgelezen aan kleuters op een basisschool. Het bleek dat het character niet bij het product hoeft te passen (congruentie), omdat kleuters een schilpad ook bij een wortel vinden passen nadat het boek vijf keer is voorgelezen. Wat wel effectief bleek te zijn, was interactief voorlezen door tussendoor vragen te stellen als ‘Waarom eet konijn wortels?’ Die kleuters aten meer wortels dan kleuters die niet werden voorgelezen.”

Wat is de kracht van interactief lezen bij kleuters?
“Als je aan kinderen vragen stelt over het personage – het konijn – gaan ze actief meedoen met het verhaal. De kleuters gingen bijvoorbeeld het karakter nadoen, zoals de armen in de lucht steken. En maakten ook opmerkingen als ‘Ik ga ook wortels eten, want dan word ik ook sterk’.”

Waarom heb je gekozen voor de leeftijdscategorie vier tot zes jaar?
“Ik heb me bewust gericht op kleuters. Veel onderzoek naar overgewicht start bij kinderen vanaf zeven jaar, maar dat is eigenlijk al te laat. De kleuterleeftijd is juist de fase waarin een kind belangrijke attitudes en voorkeuren ontwikkelt. Daarnaast laat medisch onderzoek zien dat overgewicht op kleuterleeftijd de voorspeller is voor overgewicht op volwassen leeftijd.”

Je gaat de boekenserie De Groentefroetels uitbrengen. Hoe gaat die eruit zien?
“Van de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) heb ik samen met collega’s Moniek Buijzen en Esther Rozendaal een subsidie gekregen om onder andere prentenboeken, een app en een website te ontwikkelen. De Groentefroetels is een serie van vier boeken met elk een eigen character: konijn met wortel, rups met appel, schildpad met komkommer en aap met banaan. Zodra de boeken zijn ontwikkeld, worden ze ingezet als schoolproject. Op scholen wordt dan uit de boeken voorgelezen en daarna proeven de kleuters de groenten en het fruit. Voor ouders ontwikkelen we een Groentefroetels-app. Mocht dit een succes worden, dan gaan we de boekenserie zeker uitbreiden met andere verhalen.”

Spelen ouders niet ook een grote een rol in de eetgewoontes van een kleuter?
“Zeker, en ook leraren op de basisschool. Veel ouders zijn zich bewust dat hun kinderen gezond moeten eten, maar ze weten niet altijd wat de beste aanpak is. Sommige kinderen worden boos wanneer ze iets niet willen eten. Als ouder zit je dan met je handen in het haar. In Amerika wordt er al een eigen draai aangegeven. Daar gebruiken ouders stickers met daarop characters. Die plakken ze dan op productverpakkingen, zodat hun kind het wil eten. De Groentefroetels is een handreiking naar ouders toe, zodat gezond eten leuker én makkelijker wordt.”

21 - 05 - 2013 |
Alieke Hoogenboom